Heemkundige Kring Hobuechen 1135

Kastelen en speelhoven

Het bezit van een buitengoed waar de gegoede stedeling zich tijdens het weekeinde en de zomermaanden kon terugtrekken, was een levenswijze die uit Italië was komen overwaaien. De herontdekking en de beleving van de natuur werd door de Renaissance in de hand gewerkt en bracht de burgerlijke elite tot het ontvluchten van de stad waar het in de zestiende eeuw al maar drukker werd. Het was niet alleen de uitzonderlijke ligging van Hoboken, maar ook de aanwezigheid van bepaalde families en de verering van de Zwarte God die Hoboken bekend en aantrekkelijk maakten voor de stadsbewoners. Hierdoor ontstonden er vele speelhoven of hoven van plaisantie (elf rond 1550).

Het Kasteel van Hoboken

Op 12 juni 1560 kocht Balthazar Schetz een 'hof metter steenen, hysinghe, hove, watergrachte, boomgaerd, stallingen, schuer ende eene hoeve met huysinghe, hove, lande, dreven ', genaamd het kasteel van Berchem, groot 1 bunder 325 roeden gelegen over de kerk. Hij was ook de eerste heer die werkelijk in Hoboken verbleef. Hij vergrootte het domein stelselmatig. Via zijn zoon kwam het achtereenvolgens toe aan Koenraad Schetz, die zijn naam wijzigde in van Ursel, Koenraad II van Ursel en Koenraad Albrecht Karel van Ursel. Deze laatste was al benoemd tot hertog, maar hij verbleef weinig in Hoboken, en het kasteel werd verhuurd. De laatste hertog van Ursel, nl. Wolfgang, liet het kasteel in 1790 afbreken.

Sorghvliedt

De geschiedenis van het domein Sorghvliedt begint in de zestiende eeuw. Het werd in 1560 gekocht door een handelaar, Jean Plaquet. Het was toen een grote hoeve, “het Winckeleynde” genaamd. De benaming "Sorghvliedt" ontstond pas in de zeventiende eeuw. Toen was het een lusthof, waar de stedeling rust zocht en “zorgeloos” genoot van de natuur. Van 1660 tot 1815 was het speelhof eigendom van de familie Du Bois. Arnold Du Bois liet het verbouwen tot een grootse herenwoning in rococostijl, zoals we het nu nog kennen. In 1937 werd het kasteel met het prachtig park verkocht aan de gemeente, die het sindsdien als districtshuis en publiek park gebruikt.


Meerlenhof

 De oorsprong van het Meerlenhof ligt in de zestiende eeuw. Het was toen een speelhuis met hof, met een oppervlakte van één bunder, gelegen aan de “Balheyde”. In 1610 kwam het in handen van de koopman Jozef van den Broeck, die het domein uitbreidde tot zeventien bunders. Het werd één van de mooiste hoven van plaisantie van Hoboken. Het omvatte plantsoenen, dreven en een hoeve. De bouw van Fort 8 en de aanleg van de Krijgsbaan rond de jaren 1860 werden het Meerlenhof noodlottig en het werd in twee delen gesplitst. In 1868 werd Rosalie Havenith - Le Brasseur eigenares van het landgoed. De gemeente Hoboken kocht het kasteel Meerlenhof aan in 1963. In 1965 werden in dit gebouw de sociale dienst, de onderwijsdienst en het kadaster gevestigd. Nu staat het na een restauratie nog steeds te wachten op een nieuwe bestemming.

Moretusburg

Het kasteel Moretusburg op het domein Scaldisburg is ontstaan uit de “Steenehoeve”, gelegen op het Middenveld. In 1685 werd deze hoeve het bezit van Anne Marie de Neuf, echtgenote van de drukker Balthazar Moretus III (Plantin-Moretus). Deze bouwde op het goed een speelhuis (het Hof tot Hoboken, later Scaldisburg), omgeven met grachten, visvijver en bossen, zodat het domein zich toen uitstrekte tot aan de Schelde. Later werd het domein nog vergroot door de aankoop van o.a. het “Pannenhuys” en de “Terwe-hoeve”. Het kasteel Moretusburg werd opgericht in 1825. In 1862 werd het met 136,74 ha gronden toegewezen door erfenisverdeling aan Ferdinand Moretus. Deze verkocht stukken grond aan verschillende industriële maatschappijen. Het kasteel en het resterende domein werd in 1898 ingebracht in de maatschappij “Le Progrès Industriel et Commercial”. Het werd dan een café-restaurant met renbaan. Enkele jaren later schafte de Ontzilveringsfabriek zich het domein aan. In de jaren 1960 werd het Hof tot Hoboken afgebroken en in 1978 ook het kasteel Moretusburg.

Broydenborg

 Dit speelhof werd gebouwd in 1540. Net als het Meerlenhof was dit goed gelegen op de “Balheyde”. In 1698 legde de toenmalige eigenares, Maria Tholinckx, een grote dreef aan van 23 m breedte, die achteraf tot aan de Sint-Bernardsesteenweg doorliep (de huidige Meerlenhoflaan en Eikenlei). Het kasteel kreeg zijn huidig uitzicht in 1871, door het toevoegen van twee zuilen. In 1928 werd het goed omgevormd tot gemeentelijk park, terwijl het kasteel zelf fungeerde als nijverheidsschool. Na de Tweede Wereldoorlog werd het stempellokaal erin ondergebracht en later werd het gebruikt als gezondheidscentrum. Sorghvliedt volgde het domein Broydenborg op als gemeentepark. In het vroegere park (in de volksmond het “klein park” genoemd) kwamen plantsoenen en speelpleinen. Deze zijn van het hoofdgebouw gescheiden door de Rodekruislaan. Ook dit kasteel is gerestaureerd, en biedt onderdak aan verschillende verenigingen.

Berkenrode

“Berkenrode” is de naam voor een geheel dat samengevoegd werd in de negentiende eeuw. Het kasteel Berkenrode lag in de Berkenrodelei, achter het Hof van Ursel. Aanvankelijk bestond het domein uit twee hoven van plaisantie. Het eerste speelhof ontstond in 1520. Het kwam in handen van verscheidene eigenaars, totdat Albert Moretus het in 1829 bij het “Halwaelshof” voegde, dat hij in 1825 gekocht had. Hij voegde er de pachthoeve de “Schaapskooie” en de “Ganzendries” aan toe. Het geheel, dat de naam “Berkenrode” kreeg, werd in 1865 openbaar verkocht. Het gebouw werd afgebroken en het domein werd in kleine percelen verdeeld en verpacht.

Hof van Brabant

Het Hof van Brabant of de “Koudegeestheyde” behoorde in de zestiende eeuw toe aan Balthazar Schetz. In de zeventiende eeuw was het eigendom geworden van de beroemde jurist Anselmo. Het goed werd in 1808 te koop aangeboden. Het werd als volgt beschreven:

“Le notaire Deelen vendra à Hoboken, à l'auberge de l'Ours, un beau bien de campagne avec remise, écuries pour vingt chevaux, très beaux jardins anglais et potagers ... le tout pour la plus grande partie entouré de belles eaux ... contenant ensemble 8 bonniers, 340 verges ou 11,64 ha”

Het Hof van Brabant moet dus in het begin van de negentiende eeuw één van de mooiste zomerverblijven geweest zijn in Hoboken. Het goed werd later in loten verdeeld en verkocht. In het begin van de twintigste eeuw werden in die buurt lanen en straten getrokken, o.m. de Leopoldlei en de Hertog van Brabantlei. Het gebouw zelf van het Brabanthof stond op de plaats waar we heden de huizen nrs. 40-44 aantreffen in de Hertog van Brabantlei.

Lichtenborg

Het domein Lichtenberg is ontstaan uit twee hoeven, nl. “Lichtenborgh” en de “Exteren dans” beide gelegen op de “Koudegeestheyde”, aan het einde van de Polder. In de negentiende eeuw werd het omgevormd in een café-restaurant voor de gegoede burgerij, genaamd “Hyde Park”. We vinden van dit goed nog enkel sporen terug in de straatnamen Hydeparkstraat en Lichtenberglaan.

Share by: